| 1 |
 |
“...herziening der Grondwet van 1840 zal men niet minder
, teruggedemsd zijn voor de inmenging der Vertegenwoordiging in
die zaken, toen in onze Oost-Indische bezittingen het cultuurstel-
sel sedert 1830 ingevoerd was, en men daarvan zoo rijke vruch-
ten verwachtte. Werd toch aan de vertegenwoordiging het recht
toegekend, om haar wetgevend karakter ook uit te oefenen op
onze overzeesche bezittingen, dat stelsel, waarvan men den verkeer-
den grondslag zich niet kon ontveinzen, zou wellicht aan eende-
. bat worden onderworpen, voor welker gevolgen men beducht was.
Hoe t zij, de Grondwet van 1848 brak met het verleden. In de
; r®dactie) van art- 59 dier Grondwet verdwenen de woorden »bjj uit-
sluiting en men bepaalde zich tot het opperbestuur” des Konings
terwijl ook het recht der gewone wetgevende macht, om zich met
de belangen der overzeesche bezittingen te bemoeien, erkend werd.
Men gaf toe dat tot dusverre ogeene genoegzame medewerking in
. het bestuur der zoo hoogst gewichtige bezittingen en koloniën...”
|
|
| 2 |
 |
“...492
"finissent ordinairement par être exploitées par des hommes mal inteutionnés.
Sa Majesté nous dit encore que, dans le cas oü 1’état des affaires, qui
change a chaque instant, le Lui permettrait, Elle comptait partir domain
pour Amsterdam, d’oü Elle a 1’intention de revenir dans la soirée de Sa-
medi et oü Elle ne passera ainsi qu’un seul jour.
Le Roi semblait espérer un bon effet de cette visite, d’autant plus
qu’Il 1’avait promise a cette capitale au commencement de la crisecom-
merciale; «malheureusement — ajouta sa Majesté — Je ne puis leur apporter
que de bonnes paroles et non pas des millions.»
No. III (bladz. 13).
Het ontwerp der commissie van 17 Maart 1848 met haar rapport
vindt men in de Handelingen van de regeering en de Staten-Generaal
over de herziening der Grondwet 1847 — 1848 (ed. Belinfante), I blz.
165, volgg.; de regeerings-voorstellen, ibid. blz. 299 volg.
Over de wetsontwerpen werd door de commissie van rapporteurs een
voorl. verslag uitgebracht den 13 Juni 1848 (ibid...”
|
|