1 |
 |
“...vrouw vermoordden. Het oproer werd
gedempt en 34 muiters werden geëxecuteerd. In Augustus van hetzelfde
en in Maart van het volgende jaar kwamen hier en daar nog kleinere
ongeregeldheden voor.
Een ernstig slavenoproer was dat van 1795; de Fransche revolutie
en de opstand op Haïti hadden ook de gemoederen der Cura9aosche
negers in beroering gebracht. Ongeregeldheden hadden plaats op de
plantages Knip, Port Marie, Klein Sta Martha en
Sta Cruz; de houding der autoriteiten in de stad was aanvankelijk wei-
felend, hun actie weinig doortastend. De muitelingen verschansten zich
op den berg van plantage F o n t e y n; uit deze positie en uit die in de
heuvels van plantage Port Marie door de troepen verdreven, namen zij
stelling op den St. Christoffelberg, de hoogste verheffing...”
|
|