Your search within this document for 'trek' resulted in two matching pages.
1

“...benaauwd en bedompt, omdat de lucht en wind er geen toegang hebben; evenwel de menschen léven ér in en schijnen er niet zeer ziekelijk door te zijn; ’t mag dan ook wel daarom wezen, dal deur en venster of jaloezie dag en nacht openstaat (voor dieven is men er niét heel bekom- merd, vooral als er weinig te halen is, hetgeen bij die be- woners van benedenhuizen in de stad nog al het geval schijnt te wezen) en er soms nog een plaatsje is bijgebragt of koraaltje, dat met de openingen voor in het huis trek- king geeft. Ja maar, koraaltje, wat is dit? Ik zal het u zeggen: dat, wat wij plaats of tuintje of iets dergelijks noe- men, en dat bij ons vóór of achter het huis ligt, of het wel omringt, heet hier koraal (koraal beleekent in het pa- piementsch, de landtaal, ook wel Kreoolsch genoemd, tvit, welligt wegens de witte, door de zon uitgebleekte sleenen, waarvan het bleekveld is zamengesteld; want indien gij u hier een bleekveld voorsteldet, zooals in Holland, van hel- der, goed onderhouden, zuiver...”
2

“...110 aanlokkelijkheid genoeg had, om inwoners tot zich te trek- ken, en ze te leur gesteld hebbende, nog te behouden. En waarlijk, men mag wel zoo vragen. Want ofschoon heldoor de natuur niet geheel en al is misdeeld, en hier en daar plekken gevonden worden, die boomrijk zijn of die kunnen worden bebouwd, en als er regen valt, eene goede maïs- oogst opleveren, is het toch zeker, een land, dal zijne inwoners niet voeden kan, en de meesten, zoo niet allen van gebrek zouden omkomen, indien er van elders geen le- vensmiddelen werden aangevoerd. Of dus dit eiland wel ooit oorspronkelijke inwoners heeft gehad, of zij die er vóór eeuwen reeds op woonden, uit vrije keus er op bleven, zou ik grootendeels betwijfelen, vooral omdat op de te- genover liggende kust van Amerika de natuur zich in al hare schoonheid, in al haren rijkdom vertoont, waar met weinig werken veel wordt verkregen en zelden teleur- stelling in den oogst plaats grijpt. Naar ik geloof waren zij, die de Spanjaarden en Hollanders hier...”