1 |
|
“...over; omdat de tijd, dat men
zich ter ruste begeeft, wat vroeg is; maar te hooi en te
gras neemt de een of ander een stuk brood of een be-
schuitje, en gaat zoo met een niet bezwaarde maag naar
bed. Doch te veel en te krachtige spijs hier te gebruiken,
zou stellig zeer nadeelig voor de gezondheid zijn.
De vrouwelijke sekse is dan tot aan het ontbijt zoo wat
in de weer geweest. Misschien is er des morgens vroeg,
vooral als men buiten is, eene kleine wandeling gemaakt,
men heeft de altijddurende piano weder bespeeld, een klein
handwerkje welligt bij de hand genomen; of wat dribbe-
len, of wat praten, maar aan alles is een einde, want
is eens hel ontbijt achter den rug, dan is bet al lijd of
wordt het ten minste tijd, om een weinig, dat heet tot
drie ure ten minste, te rusten en het voor den oosterling,
maar ook voor den westerling zoo aangenaam middagslaapje
te houden. Weinige uitzonderingen vindt men maar van
zulke, die haren lijd liever nuttig willen besteden, hetzij
door te werken, wat hare...”
|
|
2 |
|
“...denkt aan te tref-
fen ; die openbare amusementen bebooren op Curacao alleen
onder de wenschen; en er wordt dan ook wat* naar ge-
wenscht, en het gemis er van wat gevoelt en betreurd.
Er schiet dan niet anders over, als nu en dan eens eene
partij le geven (de gegoeden namelijk doen het en de gerin-
geien volgen het na), bij gelegenheid van verjaardag of an-
dere feestelijkheid, waarbij dan voor dames en heeren bet
eenig amusement beslaat in het dansen, hetzij dat geaccom-
pagneerd wordt door piano of pianino, soms door een ander
instrument, of door gehuurde muziek, beslaande uit cla-
rinet, viool, lurksche trom, fluit, triangel, dal op den
duur verbaasd schel en daardoor onaangenaam klinkt. Die
nu niet dansen, zitten te kijken, wat te drinken, drenleleu
wat heen en weder, spelen een kaarlje, enfin een groot
gedeelte van den nacht komt om lot vermaak, veel ver-
maak zelfs van sommigen, tot verveling van anderen.
Die nu geen minnaar is van dat huppelen, of om het
zelfs le zien, die gaal ...”
|
|
3 |
|
“...147
de jeugd er bij tegenwoordig en kan zij het er bij te
pas brengen, dan moet nog even de piano bespeeld (die
vindt men toch overal) en de voeten eens even van den
grond, als de receptiezaal er maar ruim genoeg voor is,
en is zij het niet, dan ook al; want bekrompen of niet, dat
komt er niet op aan, dansen is toch altijd pleizierig! ’t Ge-
beurt ook dikwijls niet. Want ofschoon de jeugd er al van
houde, de meer bedaagde leeftijd schept er zoo veel beha-
gen niet meer in; ofschoon ouders hier al heel veel over
hebben voor hunne kinderen, voor hunne dochters bijzon-
der en haar niet gemakkelijk een vermaak zullen weige-
ren , al hebben zij er ook zoo veel vermaak niet meer in. —
Nu, de een blijft wel eens een uurtje langer zitten en pra-
ten dan de ander, te tien ure is toch zoo wat de klok om
hel bezoek af te breken; en na dan veel gepraat of niet veel
gepraat, zeer stil dikwijls gezeten te hebben, gaat een elk,
na aan ieder de hand te hebben gegeven, (dat geschiedt
ook bij het komen)...”
|
|