Your search within this document for 'Aruba' resulted in five matching pages.
1

“...aldaar had geresideerd, zijne woonplaats op Curasao. De Spanjaarden bleven meer dan eene eeuw in het rus- tig bezit van dit en de naburige eilanden Aruba en Bonaire, doch in 1654 werd het hun door de Nederlanders ontwel- digd; welke ontweldiging echter niet veel moeite noch zwa- ren strijd kostte, daar de Spanjaarden, het eiland van te geringe waarde beschouwende, er zoo goed als geene bezet- ting op hadden gevestigd. In genoemd jaar sloeg de zich toen meer en meer uitbreidende West-Indische Maatschappij het oog op Curasao (van hetwelk zij zeker, vooral door den bevelvoerder van een eskader, boudewijn Hendriks, die in 1626 Bonaire had aangedaan, nader berigt hadden gekre- gen en hel uitnemend gelegen vond om de Nederlandsche belangen in de nieuwe wereld te beschermen, eene veilige haven voor hare schepen aan te bieden en ook van daar, en van Aruba en Bonaire zout naar Holland te kunnen overvoeren) en onder geleide van zekeren jan jansz otzen, welke vroe- ger op Curacao gevangen was geweest...”
2

“...daar hel bleek, dat hij, op de wijze der Spanjaarden, die onderhan- delingen rekte, om zich zoo mogelijk in staat van tegen- weer te stellen, en in het geheim reeds was afgetrokken, na de huizen verbrand en de waterputten te hebben ge- dempt, begonnen de onzen tegen de Spanjaarden en de hen vergezellende Indianen aanvallenderwijze te handelen; met dat gevolg, dat het op den 218ten Augustus reeds met den vijand, die gedurig was teruggetrokken, lot een verdrag kwam, waarbij hel eiland, benevens Aruba en Bonaire, aan de Hollanders werd overgegeven, doch aan den Gouverneur, de overige Spanjaarden en zeker getal Indianen de vrije overtogl naar den vasten wal werd toegeslaan-; waarheen zij dan ook met schepen der onzen, daar zij zelve er niet één hadden, werden overgebragt. Het geheele getal Span- jaarden bleek te zijn, 32, onder welke een oud-Gouverneur met 12 kinderen, benevens 1415 Indianen, bij welke zich 105 weerbare manschappen bevonden, van deze moesten 20 huisgezinnen, 75 zielen uitmakende...”
3

“...welke rampspoed nog vermeerderd werd, omdat de droogte ook op de vaste kust plaats had, van waar anders zoovele levensmiddelen werden aangeyoerd. Als het bestuur van het eiland in 1828 dus veranderd was, dat het kwam onder het bewind van den Gouverneur-Gene- raal van West-Indië, die te Suriname resideerde, en dit eiland eep’ Directeur bekwam, is Curasao sedert weder in zijn oud regt, als op zich zelf staande kolonie onder be- stuur van een’ Gouverneur, hersteld, onder wien tevens de eilanden Aruba en Bonaire staan. Thans is er Gouverneur yan landsberge, die tevens de betrekking van Consul-Generaal van Venezuela bekleedt, welke hij jaren lang had uilgeoefend vóór hij in 1885 tot Gouverneur van Curacao werd be- noemd. De oud-Gouverneur, rammelman else vier, is thans in Nederland, geniet nog als Gouverneur bezoldiging en is ook nog Bevelhebber van de schutterij alhier. Wij zien den in de plaats van den Heer de quartel, door Z. M. nieuw benoemden Procureur-Generaal de rodville binnen kort te...”
4

“...Portugeesch wordt gesproken, hel Engelsch ook door velen wordt verstaan en men met Fransch bij eiken vreemdeling nog al teregt kan, daarover wilde ik mijne lezers nu niet bijzonder onderhouden, maar meer over de eigentlijke Cre- oolsche taal of het dusgenoemd Papiëmentsch, en dal wel niet om u op te wekken om die taal aan te leeren, want ik zou volstrekt geen beweegreden weten op te noemen, waarom gij het doen zoudt, maar alleen om u iets te zeg- gen over die barbaarsche taal, welke hier en op Aruba en Bonaire zoo algemeen (doch nergens elders) in gebruik is, zoo zelfs, dat de afstammelingen van Hollanders er bijna geheel hunne moedertaal door hebben vergelen en zich al- leen in het Papiëmentsch verstaanbaar (voor elkander na- melijk) kunnen uitdrukken. Ik wil wel gelooven, dat er even zulke arme en gebrekkige talen zijn als het Papiëmentsch, maar armer en gebrekkiger zijn er niet. Ja men mogt die taal nog wel papiëment, dat is: spraak of taal noemen, van het werkwoord papia, spre- ken! Gij...”
5

“...t- 130 wegens de groote onkosten hier aan het drukken verbon- den. Ook ligt het niet in den geest, (en gelukkig!) van het Gouvernement, om het Papiëmenlsch le bevorderen of te doen aanleeren. Hadden onze landgenooten, toen zij bezit van Curasao, Aruba en Bonaire namen, de toenmalige in- woners en de slavenbevolking genoodzaakt, zich naar hunne taal le schikken, in plaats dat zij zich naar het Papiëmenlsch schikten, dan zou die barbaarsche taal al lang verdwenen zijn: maar nu is het, alsof de Creolen hun best doen om die baslerd-taal le vereeuwigen. Meest alle scholen, zoowel de Gouvernements scholen als die van parliculieren zijn er echter op uit, om het Hollandsch meer algemeen in gebruik le doen komen; verscheidene vrije kleurlingen en eenige slaven leeren dat aan, en stellen er zelfs hun trots in, om al is hel dan nog zoo gebrekkig, het Hollandsch te spreken. Het is le verwachlen, dat als men voortgaat zich moeite te geven, het gebruik van het Papiëmenlsch zeer zal verminderen. Er zijn...”