| 1 |
 |
“...9
Westindische
Leergang
zonder voorafgaande grondige kennis
van land en volk tot mislukking is
gedoemd.
Uitgaande van bovenstaande denk-
beelden, heeft het Comité een leerplan
ontworpen, hetwelk voor Suriname in
de eerste plaats omvat eenige kennis van
het Hindi, van het Javaansch en van
het Negerengelsch, zoomede eenig
elementair inzicht in de staatkundig-
maatschappelijke ontwikkeling van Su-
riname, hare geschiedenis inbegrepen,
voor Curasao in de voornaamste plaats
eveneens een inzicht in die ontwikkeling
voor dat gebiedsdeel, eenige kennis van
het Papiamento, aangevuld metSpaansch.
Men meent dat aldus gewaakt is tegen
overlading.
Naast deze hoofd vakken laat het
Comité de mogelijkheid open voor
lessen over andere leervakken, afhanke-
lijk van en verband houdende met den
toekomstigen werkkring in West-Indië.
Het denkt daarbij o. a. aan tropische ge-
zondheidsleer, koloniale voortbrengselen,
kennis van de Indianen en hunne talen....”
|
|
| 2 |
 |
“...11
W estindische
Leergang
in overleg met den leerling, in deze
regeling verandering te brengen.
Voor leervakken, hiervoren niet ge-
noemd, wordt het lesgeld te voren even-
eens in overleg met den leerling vast-
gesteld, evenals de lesuren als regel in
nader overleg met docent en leerlingen
zullen worden vastgesteld.
Het onderwijs in het Hindi en Ja-
vaansch zal worden gegeven vanwege
het Instituut-Kern te Leiden, hetwelk
thans reeds cursussen in levende Ooster-
sche talen organiseert, dat in het Spaansch
dóór Mr. Dr. J. A. van Praag, privaat-
docent te Leiden, het onderricht in het
Papiamento door Mej. A. E. Winkel te
Rotterdam en dat in het Negerengelsch
door den heer L. C. Chr. Schütz te Zeist,
oud-inspecteur van het Herrnhutter-
onderwijs in Suriname.
Voor het leervak der staatkundig-
maatschappelijke ontwikkeling van Su-
riname heeft het Comité zijn medelid
Mr. Dr. P. H. W. G. van den Helm be-
reid gevonden, die voorloopig althans
dit zelfde leervak voor Curasao voor...”
|
|