|
|
|
1 |
|
“...hier. inch komt
men nog altijd veel z .g. t ioncia s tegen, .deze oiuierwetso win-
kelt jos, die overdag geiieol opoii staan, v/orden s aYon<. 3 door
grote doi.u.-'en afgesloten, .zodat ze meer op x)akhuizen dan op
winkelt] lij ko n.
i;en specifiek Curaaaos inkoopcontrumi vorrai.m de
birkjos aa;ii de Ru^ytorkado )at zijn kleine zeilscheepjes uit
Venezuela, ,0e schipp, rs kiezen li-gplaats aan de kade van oen
uitloper van do 3t Annabaai, mif'rion in de stad eii verkopon zo
lirect van hun bootjes verso gr'.enten, vrucht oi: aii vis. Je zeilon
van ilo scheepjes dienen als zonneschermen; het geheel vormt
Gon so.hilderaclitig e.n b.^oien.. tafereel, :.lat c.'.ltijd voel t u^ris-
ton trOiCb Voor,al de schippors ze;lx, Venezolaneii met grote
z inn-lioeden oxp en goude^i kotti:.i:jt.s om .Rj hals trekken .'o
aanlacht.
typisch zirj-u 'Ie Ouracaose koopvrouwt jes, mot haar
lange, wi vis kl:;ua-ige kat,., ne;:: jruio]..!! n, de hoofddor;k kunstig
gev'Wrer.. Haar manlen op 't h'ofd in evenvricht houaende...”
|
|
|