Your search within this document for 'subi,haltu,ku,man,ku,pia' resulted in ten matching pages.
1

“...noodig, daar eene volftrekt ongenaakbare rotszijde, aan den kant van het Schottegat, hetzelve genoegzaam beveiligt. De toegang gaat alleen langs een final, fteil met losfe keifleenen bezaaid pad, in het front der hoofdbatterij, wordende de poort daarbij nog door gefchut gedekt. Op eenen tegenoverliggenden heuvel, van waar men het fort zoude kunnen befchieten, wordt nu eene redoute opgerigt, met twee mortieren en eenig gefchut voorzien. Deze en het fort heilrij- ken de haven, en het geheel, wel van man- fchap, levensmiddelen en ammunitie voorzien, kan als bijna onoverwinnelijk gereekend worden. Aan de Westzijde van de haven, ligt de Otrabanda of overzijde, ook fpaanfche zij- de genaamd; dezelve is ruim en volkrijk, niet zeer goede huizen voorzien, en beftaat aan den Zuidwestkant uit eene kaai met huizen, en aan den Noordwestkant met aan het water uitkomende gebouwen. Verder heeft men eene groote, lange Breedejlraat in eene eenigzins rijzende ligging. Ten Noorden en ten Zui- den,...”
2

“...voort. De prijs is een plak of 5 duken Hollandsch, hetwelk, aange- zien de wijdte der haven en de deining der zee, niet te veel is. De menigte pontjes, die in allerhande rigtingen over en weder varen, levert geen onaardig fchouwfpel op, vooral van een verheven ftandpunt, Sommige dier pontjes kunnen 12 tot 16 perfonen bevatten; eenige hebben kleine zei- len, en gaan vrij goed bij en voor den wind, De allrgrootfte worden tot waterhalen gebe- zigd. De visfchers bezigen kleine kanos voor x, 2 tot 4 man gefchikt, en wagen zich met deze ranke vaartuigen zelfs in zee, wel- ke doorgaans vrij kalm is. De Spanjaards noe- men die doorgaans Mare del Norte of Mare di Venezuela. De huizen zijn meestal uitwendig in den- zelfden fmaak als die in Holland, met fchuin- fche daken en gevels. Allen zijn van fteen gebouwd, het zij van Hollandfehe klinkers of van klipfteen, doorgaans, vooral in het laatfte geval, met dikke muren. De huizen, van klipfteen gebouwd, zijn echter niet zeer fterk, om...”
3

“...s8 BESCHRIJVING VAN of te zamen 6788 zielen, hetwelk gevoegd bij de 9536 van de Had en omHreken, eene bevolking oplevert van 16324 zielen. Als men daar bij rekent de bezetting, uit onge- veer 380 man bellaande, de op de Savanna, vooral aan de westpunt in hutjes wonende, vrije Negers, die zelden in de telling worden be- grepen benevens de, om de belasting niet opgegevene en s lands Haven, zal men veilig de bevolking op ruim 17000 zielen kunnen Hellen; anderen Hellen die nog hooger (*). Aanmerkelijk is het aantal oude Haven op of boven de 60 jaren, beloopende in de Had en omtrek 1077 en op het land 1007, dus 2084, of ( der bevolking, iets, hetwelk, in het voor- bijgaan gezegd pleit voor de gezondheid van Jiet klimaat. (*) Eene nadere begrooting brengt het getal op 18 of 19000 zielen. VOORT...”
4

“...fchoon eigenlijk van de vaste kust ingevoerd, zijn hier,bijzonder ook op Bonaire, talrijk. Dit nuttig, veelal miskend dier, dat, met weinig tevreden, groote dienden doet, bezit hier veel meer vlugheid dan in koudere landen. De witte en grijze ezels worden tot rijdieren opgevoed, en evenaren in fnelheid bijna de paarden, immers eenigen, die eenen goeden telgang en galop loopen. Muilezels worden hier van de kust inge- * voerd, maar niet aangeteeld; zij worden voor karren en chaifen en*ook onder den man ge- bruikt. Apen worden op Curagao niet gevonden. Onder de' amphibien, vindt men een aantal hagedisfen, waaronder de leguaan de opmerke- lijkfte is. Dit dier is van twee, fomcijds tot....”
5

“...44 BESCHRIJVING VAN Riviervisch is er niet, maar wel eene foojx van modderaal, die men in en bij de zout- pannen in den modder vindt. Van de fchulpdieren, hoe menigvuldig in getal, eet men Hechts de oesters en eene klei- ne mosfel, hier Cocqueluizen genaamd, en ook de Alikruik. ~ De oesters zelven, wat men er ook van praten wil, groeijen hier aan de boomen en boomftronken. Zie hier, hoe dit is: de wilde manglesboorn, ( Rhizophora mangle, Linn.) of zwarte man- glesboom, groeit bijna overal aan de oevers der binnenbaaijen en kleine eilandjes. Des- zelfs zachte en buigzame takken dalen in het water, en vormen daar vaak nieuwe wortels. Aan deze nederhangende takken, hechten zich de oesters als in eene veilige fchuilplaats, telen daar voort, zoo dat deze tak als ge- heel door oesters omkorst wordt. Wil men nu oesters vangen of plukken, dan nadert men zoo digt mogelijk met een pontje aan het manglebosch, ligt de takken op, (laat er de oesters af, of men kapt er den tak ^f, die dan met bladeren...”
6

“...go BESCHRIJVING VAN vert voor den genngen man een gezond en onkostbaar voedfel op. Zelfs de meer gegoe- de inwoners van dit eiland zijn op deze li merige foep vrlekkerd, vooral kinderen. ~ Een Europeaan kan zich moeijelijk daaraan gewennen. De Calaon is eene foort van melde, en wordt als fpinazi gebruikt. De boomen op dit eiland niet talrijk zijn- de beftaan meest uit die vruchtboomen, wel- ke aan Amerika tusfehen de keerkringen eigen zijn. Onder dezelve verdient de eerfte plaats: de kokosboom, die hier, bijzonder in het midden kwartier, op eenen zoutachtigen, half klei* en zandgrond welig groeit, en fomtijds tot de hoogte van 50, 60 ja 80 voeten op- fchiet. Deze boom is genoeg bekend. Al- leenlijk moet ik opmerken, dat de noten van fommige foorten zeer groot zijn, en dat men, behalve het ander menigvuldig nut dier boo- men, derzelver oude tronken tot paalwerk in het water bezigt, waar ditvooze en fponsachtige hout eene ondoordringbare vastheid verkrijgt, en om deszelfs duurzaamheid boven...”
7

“...door gevoelige Hagen tot zijnen plgc gebragt worden, maar zelden gefchiedt dit zonder reden; dikwijls hebben zij het dubbel 1 verdiend, daar zij vadfig, lui en diefachtig van aard, en door woorden moeijelijk te regeren zijn, gelijk ieder, die Hechts een poos in de West Indien geweest is, ligtelijk zal ontwa- ] ren, en zijne, in Europa opgedane gevoe- j lens van vrijheid en gelijkheid der Negers la- j ten varen. Men veroorlooft hier den Neger een voor- werp zijner keuze te nemen, en met haar als man en vrouw te leven. Somtijds wordt deze foort van huwelijk in de Roomfche kerk inge- zegend, doch niet door de regering bekrach- tigd. Alle negerkinderen worden gedoopt, en ontvangen eenig onderwijs in den R. C. gods- dienst....”
8

“...wordt ook niet veel vereischt. Een paar fchellin- gen is fpoedig gewonnen of gebedeld, en daar weet men zich ook zeer wel van tp verzor- gen mits men aan het geld dat denkbeeld niet hecht omtrent de waarde, zoo als in Eu- ropa, want in de meeste gevallen van de nood- wendigheden des levens, moet men hier pen duiver, tegen een duit gerekend, uitgeven; kommetjes, kopjes, fchoteltjes, borden en fcho- tels groeijen aan de. boomen en kosten niets of niet veel; dus komen de zorgen voor den gemeenen man in geenen deele in evenredig- heid met die, welke dien dand in Europa, vooral in het noordelijk gedeelte, drukken. Deze fchets is echter Hechts gedeeltelijk op den midden- en voldrekt niet op den ver- mogenden dand, uit Europers, of uit Euro- pers gefprotene familien, toepasfelijk. Deze heb-...”
9

“...8o BESCHRIJVING VAN hebben zich duizenderlei kunstbehoeften aan- gewend, die de geringe man niet kent. Zij- ne tafel moet van visch, vleesch, gevogelte en fchildpad, van de hier dure groenten en vati wijn of anderen drank wel voorzien zijn. Het huisraad moet prachtig van mafif mahonij* en van ander keurig hout, err de pronkbuffetten van keur van glas, zilverwerk, de kamer van fchilderijen, lusters, glaslantarens en fpiegels, ook van fraai porcelein enz. voorzien zijn, hetwelk alles, gevoegd bij de duurte-der huis- huren, zeer aanmerkelijke uitgaven vordert. Vooral heeft dit plaats bij de Beau monde, die door over en weder gegevene bals en con- certen veel geld belleden. Over het alge- meen toch zijn de Creolen en Creolinnen over- gegevene beminnaars van het danfen, en fchoon hunne danfen voor Europefche kenners alle afwisfelende bekoorlijkheid verliezen, weten, vooral de vrouwen, dit gemis, door bevallige houding en aanhoudend danfen, eenigzins te vergoeden. Veel werks bedeed de midden-...”
10

“...84 BESCHRIJVING VAN zorgt voor de haven en legplaats der fchepn de laatfte voor het in- en uitlootfen derzelve, De bezetting, thans- uit drie eotnpagnien jagers van het nde bataillon, en eene com- pagnie artillerie, te zamen 350 of 360 man, beftaande, bezet de forten. De burgerij of militie beftaat uit vijf eompagnien, die zeer ongelijk in getal zijn; die der Joden is de fterkfte, zij ftaan onder bevel van een Majoor zoo wel als een corps Mulatten en een corps vrije Negers. De burgers, Mulatten en Ne- gers betrekken eiken avond de wacht, van 5 pren namiddags tot 5! uur s morgens. Fabrieken vindt men hier niet, fchoon op de plantaadjen vele on verglaasde potten tot inlandsch gebruik worden gemaakt. Netten worden van Cocostouw gevlochten, en man- dewerk wordt er zeer goed gemaakt. De vrouwen fpinnn er ook eenig katoen met eene eenvoudige fpoel. , Het brood, van meel uit Noord-Amerika ingevoerd, wordt zeer wel bereid; de prijs is van 18 tot 22 oneen voor een reaal. In het bakken en toebereiden...”