Your search within this document for '8,ménos,2,6' resulted in three matching pages.
1

“...kennis nemen van de tegen het verzoek ingebrachte bezwaren. Artikel 6. Binnen een maand na afloop van de in het tweede lid van artikel 4 bepaalde termijn beslist het Bestuurscollege over het verzoek en geeft daarvan terstond kennis aan de verzoeker en aan hen, die bezwaren inbrachten. Artikel 7. Het Bestuurscollege is bevoegd, alvorens te beslissen, te verlangen, dat zowel de verzoeker als zij, die bezwaren inbren- gen, die bezwaren mondeling of schriftelijk zullen bestrijden of toelichten. Artikel 8. 1. De vergunning wordt schriftelijk verleend en gesteld ten name van de verzoeker en zijn rechtverkrijgenden. 2. Aan de vergunning wordt een exemplaar van de in ar- tikel 3 onder lo. en 2o. bedoelde stukken, vanwege het Be- stuurscollege gewaarmerkt, gehecht....”
2

“...Artikel 18. De bij deze eilandsverordening strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als overtredingen, behalve de feiten straf- baar gesteld in het tweede en derde lid van artikel 20, welke worden beschouwd als misdrijven. Artikel 19. 1. Met het toezicht op de naleving der bepalingen van en het opsporen van de feiten, strafbaar gesteld bij deze eilands- verordening, zijn belast de ambtenaren, genoemd in artikel 8 van het Wetboek van Strafvordering voor Curasao. 2. Zij hebben te allen tijde vrije toegang tot alle plaatsen, waar redelijkerwijze vermoed kan worden, dat in strijd met deze eilandsverordening wordt gehandeld. 3. Wordt hun de toegang geweigerd, dan verschaffen zij zich die desnoods met inroeping van de sterke arm. 4. Is de plaats tevens een woning, of alleen door een wo- ning toegankelijk, dan treden zij deze tegen de wil van de be- woner niet binnen, dan op algemene of bijzondere schriftelijke last van de Officier van Justitie. Van dit binnentreden wordt door hen proces-verbaal...”
3

“...6 — 8 — houding schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste zes honderd gulden, met of zonder ontzetting van het recht om ambten te bekleden. 3. Hij, aan wiens schuld schending van die geheimhouding te wijten is, word gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste drie honderd gulden. 4. Geen vervolging heeft plaats dan op klachte van de eigenaar van de inrichting. Artikel 21. 1. Deze eilandsverordening kan worden aangehaald als „Hinderverordening Aruba”. 2. Zij treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging. Gegeven te Oranjestad, de 24ste Juli 1952. KWARTSZ...”