Your search within this document for 'ke' OR 'tal' resulted in 25 matching pages.

You can restrict your results by searching for ke AND tal.
 
1

“...fijn Gouvernement. /• i~n heb*jen vervolgens gemelde Commandeur gelaft op de voor- te dcSn P°inten eene lchriFelyke gedetailleerde verantwoording „„jp1 te^ens bebo°rIyke Informatie te geeven van al het geen geauurende fijn Commandement op het Eyland St. Euftatius met reaue tot de Americaanfche Colonien en der felver Scheepen p6 rP" gePaffeert, en ter fijner kennifle gekomen, melde Commandeur heeft dienvolgens daar aan voldaan, en * pn e handen overgeleevert fijne Dedudie dien aangaande, de- f.e Ke d00,r ons met alle naauwkeurigheid is gexamineerr, en voor 00 verre net ons is voorgekomen bevonden te zyn allefints vol- oende, en wel foodanig, dat wy daar by niets weeten te voegen, • n alleenlykü Hoog Mog. onder het oog te brengen, dat uit de louLn°,emde Dedudie en bygevoegde Bewyfen , eerder klagten fchp p”unncn ptorlueeren tegens het gehoude gedrag der Engel- j Pperhootden omtrent U Hoog Mog. Befittingen en Onder- in de W eltindien, dan dat defelve fig met eenig regt over dl£u/Van °nle Natie...”
2

“...klagten.. 3, Deefe klagte beftaat daar in, dat de Ondergetet- kende het Salut foude hebben weederom gegeeven aan de Americaanjche Vlag door de Fortres van fijti Gouvernement. De Ondergeteebende fal, ten einde ook fijn gedrag itl deefen te juftificeeren, en te doen fien, dat de klagte, ten dien opfiende door den Heer York tegen hem by hun Hoog Mog. ingeleevert, van geene de minde relevance» ten nadeele van hem Ondergeteekenden, zyn kan; de vry- heid gebruiken, om vooraf tc onderfoeken, hoe en op wel- ke wyfe het Salut, het welk door het Americaanfche Schip aan het Gouvernement van St.Eudatius was gegeeven, van weegens het Gouvernement door het Fortres Orange is geretourneert geworden , en vervolgens aantonen, dat het Contra-Salut, foodanig als het felve gegeeven is, niet is gefchied aan de Americaanfche Vlag, en geenfints empor- teert, nog ook daar uit ten opfigte van den Ondergeteeken- den wettig geinfereert fal kunnen worden eenige de minde erkentenis van de independence en Souverainiteit van...”
3

“...Trottman „ die voorgeeft lelve aan Boord van dat Schip geweelt te zyn, word verklaard, dat het felve ge- tnonteert was met veertien dubbelde oefortificeerde vier Ton- tiers en veertien of fjütn ‘DraaybaJJen ; Her geen dus, ge- lyk het felve onderling variert, foo ook aantoonr, dat, of de eene of de andere der Getuigen de waaheid ten dien opiigte is voorby gegaan, of dat ten minüe hun getuigenis ls '’olllrekt onleeker. Even foodanig is het ook gefield met de begrooting der Equipagewaar meede men tal meede, loo het Ichynt, ten betoge, dat de Ondergeteeke datSchip loude hebben moeten kennen voor eene ten Oorloge uit ge- rn‘e Bark of Kaper) fegt, dat het felve Schip bemand loude zyn geweelt: want gaan Ü Wel-Edele Groot Agtb. na de Verklaaring van James frafen en fijn meede Getui- gen> daar by word door hun getemoigneert (edog fonder informateurs of grond van hun geloof op te geeven) dat fy naderhand geinformeert wier den s en dat fy geloovenj dat het le‘ve Schip bemand was met honderd tien Man...”
4

“...aldaar dagelyks ter Rheede koomen met ver- Jcheiden Vlaggen > foo ais fy beft verkiefeu> terwyl uit de veiklaariogen, fub Num. 14. en 17., integendeel manifes- teert , dat de Scheepen öf Vaartuigen van Oorlog van eeni- ge bekende Af ogen r beid, het Fortres lalueerde, met Kanon- lch. oten, altoos fchot voor fchot bedankt zyn. En dus fal daar uit voort\loeyen, dat, gelyk alfoo con- fteert, dat deefe Brigantyn niet is beantwoord met defelf’ de folemniteit die men aan de Vlagden van onaf bange ly ke fouverante Staaten verfibuldigt en gewoon is te prefteeren j en dat derhalven dit voórgecyett van den voornoemde Fiae- hdent Greathead is volftrekt abufif en tegen de waarheid} foo ook fijn verder tchryven by de gemelde Milfive (dat namelyk tot f enen ding van alle publtcque trouwen Nationaa• le eer 3 het voor bun Hoog Aiogendens bortr effen foude over- gebleven zyn J om de eer [te publtcque Erkendtrs te zyn van een Vlag± tot hier toe onbekend in de Catalogus der Nat 10- naale Vlaggen) is ten uiterilen...”
5

“...het geen tee- gen hem is ingebragt geworden, het welk ichyn van fllfpi- cie tegens hem legt) foude gemoveert hebben. Het fy hoe het fy, de Ondergetekende ontfing, twéé dagen na de vlugt van gemelde van Bibber, van den voor- noemden Heer Generaal een Brief, gedateert den 10 Juny 1777, vorderende opleéveringe van fijn Perfoon; vergefel- lende gemelden Eifch met een Verklaaring van feekeré John Welfch, een Vaarensgezel of Kaapergall; hebbende weleer een gearmeert Americaanfch Vaartuig gevoert; Wel- ke depofeerdej dat gemèldë van Bibber, dien de Depofanc en volgens fijne depofitie de gemelde Heer Generaal Ifaac noemt (alhoewel het bekend is dat die van Bibber, die op St. Euüatius refideerde, niet ïfaac, maar Abraham van Bibber was, refideerende Ifaac van Bibber te Anapolis in Maryland, die, foo als tot nog toe gebleeken isj, de Eige- naar van de berugte Baltimore Hero was) niet alleen fou- de gecontraéleerr hebben met de Provinciën van Maryland en Virginia weegens het uitruilen en adfiüeeren...”
6

“...rol is geweeft) en deHeeren Lifteren Godet, ten dien einde aan den Ondergeteekenden influitende Copie van feekere Interrogatorien of liever Refponfiven, beëedigt voor het H?nf^e«Armi/ailteitS te AmiSua’ en door feekeren Zn SLbr* (a we^eroDm ,cen Kapergaft) als Stuurman aan Booid van gemelde Bark Chriftiana genavipeert heb- bende, gedaan; waar uit, en principaalyk uit desfelfs Re- fponfiven op de feevende, twaalfde en twindgfte Interro- gatorien j welke Interrogatorien of Vraagpointen egter (om we ke reedenen weet den Ondergeteekende niet) in ge- melde (Jopie met te vinden zyn, het confteere foude, dat gemelde Peifoonen betigt waaren, dat fy fig daar aan fou- den hebben fchuldig gemaakt, f0o als verder blykt uit Bylaage Num. 43. * Offchoon nu deefe beëedigde Verklaaringe op Interro- gatorien van gemelden Rofs al weederom niet alleen dooi* een Kapergaft gegeeven was, maar door een Rebel, ge- vangen genomen zynde, felfs met de Wapenen in de hand tegen fijn wettigen Souverain en Koning , of ten...”
7

“..., <4 9 ) , . . , maar dat de hefchuldigde Perfoón, (die de èetiigfle uit de gemelde drie» welken eenigfints fufped konde zyn) lig felven prefenteei de te fuiveren; foo als hy ook wee* fentlyk onder eede gedaan heeft; kortom dat de Verklaar ringe van den Deponent volgens eigen eonfeffie apocryf wordende, de befchuldiging fonder verder bewys daar vati (welke egter fijn Excellentie tot huiden deefen dag niet goedgevonden heeft te fourneeren) vervallen was. Van wel- ke onbeitaanbaare behandelinge van gemelde Heer Gene* raai ten opfigte van den Ondergeteekenden ’er in het ver- volg van dpefe narré andere blyken fulien voor den dag komen De Ondergeteekende hier op ter 'onderfoek ha de waar- heid van difefe vtï.che klagten treedende, ordonneerde dé gemelde Lelter { als zynde de eenigite Burger van die naam op het Eiland, en gevolglyk de bequaamfte om eerfl over die klagten tegens fijn Perfoon onderhouden te worden) vóór lig te verfchynen, en lag hem de befchuldiging voor*, met hyvoeginge dat,...”
8

“...Heer Chat well tot fijn Excellenties Gouverno, en meldende dat den Ondergeteekende teffens aan fijn Excellentie den Heer Claufien, Generaal van St. Croix en onderhoorige Deen- fche Eilanden, en aan den Heer Malville, Commandant van St. Thomas, in het particulier hadde gefchreeven toé het felve einde en effect als aan de meergemelde Heer Chalwel; niet rwyffelende, of fijn Excellentie foude ten goeden duiden, dat de Ondergeteekende deefe faak aan den Heer Chalwel hadde gecommuniceert, en verfoeken- ke, dat hier van kennifle mogte gegeeven worden aan den Heer Admiraal Young, by weege van praecautie; insge- lyks in geval eenige van ’sKonings Scheepen gemelde Bri- gantyh niet de Roovers mogten op Zee ontmoeten; foo als blykt uit de Bylaage Num. 54. (de Brieven aan ge- melde twee Deenfbhe Bevelhebbers blyken uit Bylaagen Num. S5- en Num. ytf.) Hier op ontfing de Ondergeteekende een Antwoord van de meergemelde Generaal Hurt in dato den z Augurty 1777, waar in fijn Excellentie eerft de goedheid heeft...”
9

“...Stuntman, welke de gemelde Delinquanten hadden op dé Rheede van St. EuÜalius overrompelt en gevangen genoó- men, en dus op een Zeerovende Wyfe verpligt, om het Vaartuig aan hen op te leeveren, met intentie om defelve na een of ander Engelfch Eiland te vervoeren, Waar toe fv door de Capitein van een Engelfche Kaaper, toebehooren- de aan de voorengemelde Herbergier Wadhatti Strode, té Sr. Chriftöffel, fouden omgekogt zyn geweeit; foo'als na- der blykt uit de gemelde beëedigde Verklaaringe, van wel* ke de Ondergeteekende Copie authenticq aan den gemel- den Heer Generaal Bürt in gemelde Brief ingeflootett fond. De Schipper beleide een Proteft ter Secretaryê Weeo-ens het ver mi flbn van gemelde Bark, foo als blykt uit Bylaage No. 71. e Hier op oiltfing de Ondergeteekende antwoord van ge- melde Heer Generaal, in dato den 7 November 1777, waar in fijn Excellentie meld kennidb van de Colietfeur van Tor* tola daar van ontfangen te hebben, en belooft defelve te laaten opleeveren; ten dien einde orders...”
10

“... of gedecideert was door des Procureur Gene- raals opinie, welke faak alreeds ampel hier vooren gededu* ceert is. By deefe laatftgemelde Brief ontfing de Ondergeteekefl- de van gemelde Heer Generaal een andere Brief aan ge- melde Heer Chalwell, begeleid met des Procureur Gene- raals Advis over de' Bark Welcome, om defelve beide te verfenden na Tortola, ter opleeveringe van die Bark; het welk al weederom een Üerke pre.uve uitleevert, dat de or- ders van gemelde Generaal om de gemelde Bark op te ke- veren niet foo pofitief waren gegeeven, als fijn Excellentie opentlyk in fijn laatflgemelde Brief fegd, vermits defelve afhingen van en niet eer geexecuteert wierden dan op des gemelde Procureur Generaals Advis: Eindelyk was hier by* gevoegt Copie van fijn Excellenties derde of laatfle aan* lchryvens aan de gemelde Heer Chalwell over deefe faak, in dato den z8 November 1777, welke laattte alleen de pofitive ordres ter opleeveringe van de Bark in queftie be- helsde, foo als het te fien is uit Bylaage...”
11

“...Vonnis te pafiëeren, grootelyks des Ondergeteekendens Eiich mitigeerende; foo als alles blykc uit de Bylaagen Num. 96. en 97. Ondertufl’chen was ’er weederom een hoftiliteit van een enorme natuur door een foogenaamde Americaanfche Bri- gantyn Kaper; genaamd the Revenge, gevoerd door eenen Èranfchman, genaamd la Roche, en geëigend (fegt men) door eenen Pregend , in de Haven van het Eiland St. Martin, gepleegt aan eene kleine Commiffievaardet* ge- naamd, de Irish Gimblet, Capitein Thomas Alloway; wel- ke de gemelde Brigantyn in Zee genoomen had en fig verfiouce, om daar meede te St. Martin op den z6 De- cember 1777, des avonds laat, ten Anker te koomen, on- der prsrext, dat de Capitein Alloway voornoemt geoffe- reert hebbende lijn Commiffievaarder te rantfoeneeren, al- daar te St. Martin fou tragten de bedongen Rant^oengel- den te ligten: Maar deefe conditie op de eene of andere wyfe niet volbragt wordende, en de Commandeur van St. Martin de gemelde Pregent, na gedaane rapport van fijn komfte terfiond...”
12

“...rueus en apocryf wielden (foo als blykt in het geval vat) Rofs) of geheel en al Valfch beweefen kannen werden te 7Vn (foo als blykt in de capture van de Americaanfche Kaper Rattle Snake* met het gunt daar op gevolgt is) als- dan, fonder het regt te violeerén* de befchuldigde Perfoo- fceii, welken men nomindtim praeiendeerde dat fig aan dus- danige clandeitihe handelingen louden vergreepen hebben j geenfints konde of vermogte te punieerén; Aan de andere kant fal hier ook uit gebleeken zyh, wel- ke reedenen van klagten over holtiliteiren en deprgedatieii der Engell'chen de Ondergetekende van fijn kant gehad heeft; met welke Bewyfen hy fijne klagten verfterkt heeft * en welke geringe fatisfadie de Ondergeteekende heeft kun- nen krygen; immers foo verre aan den Ondergeteekehderi gebleeken isï Uit dit narre fal onk blykbaar gewéeft zyri, óp wélke eene onvoegfaame en onheülche wyfe men fig veel al vati de ^yde der Engelfchen in het aanfchryven aan den On- dergetéekenden gedraagert heeft j foo...”
13

“...- tv Teert, ik my fal laaien geeven en aan tJ Excellent Tal overfenden, foo dra ik na het Eiland Antigua lal terug keeren. Ik moet my nil verïchoonen by U Excellentie voor het verkeerd Addres van de laaide Brief welk de eer heb gehad aan U Excellentie te fenden, efl defelve verfeekeren dat geen disrefpefi daar by ge' tneend is. Ik heb de eer te zyn Myn Heer, U Excellenties gehoorfaam- fte en onderdaniglte Die- naar. Was geteekent, James Toun£• Aan fijn Excellentie, De Edele Johannis de Graaf, Gouverneur en Comman- dant en Chef over de Ei- landen St. EuÜatius» Saba en St. Martin. Num. H 3. Ex (rad! uit het Kegijler det Notulen 1 gehouden op St. Eujlatiu* jolio x\. f^P heeden den 13 Juny 1777 is doof den Heere Gouverneur in de Vergaderinge van Gouver- tieur en Raaden geproduceert een Miffive van deO Vice-Admiraal James Young, fonder datum, zyndé in antwoord op een Brief van opgemelde Heef Gouverneur, aan den felve Vice-Admiraal den A deefer gefchreeven, in Welke Antwoord-Miflive de° gemelde...”
14

“...e Ma- jefteits Admiraliteits Hof, en Commandeerende Offi- cier ad interimJ van het Eiland Tortofa,’ tot ant- woord bequam, dat de Edele John Fakie Efq., Prefident van fijn Groot-Brittannifche Majefteits Raad voor de Virginifche Eilanden (en fijn Supe* tieur in het bevel, dog toe abfent van het voorfz Eiland Tortofa) die laak van hem (Chalwell) had overgenoomen, voorgeevende dat hy defelve als een Nationale of Gouvernement laak befchouvvde, niet kennelyk voor het Vice-Admiraliteits Hof, om wel- ke reeden hy daar in geen redres kan geeven, en U voormelde Memorialift te St. Euftatius terug kcci" de. Dat ü Memorialiften by nadere informatie onder- ligt wierden, dat het voorfz Brigantyn en haar gefield was in de veilige bewaaring van fijn Groot-Brittannifche Majefteits Officieren van de Douane op het voorfz Eiland Tortofa; dog op de Heer Gouverneurs tweede reis en terugkömft aldaar vond hy haar verlaaten, en haar Wand, Takel en toe- i v...”
15

“...een Kaaper of een Zeerover mogte weefen, waar op ik ten eerlten een gearmeerde Bark, op deefe Rhee leg- gende, orders gaf op beide de Vaartuigen te fchie- ten, en tcffens orders fond na het Fort om defelve te doen, dat ook gefchied is, en eenige van de Koo- gels, foo men vermeend, de genoemde Vaartuig ge- raakt hebben, dewyl wy de Koogels hebben fien waateren, de Fort fchoot veertien Schooten op hem, eer hy uit bereik der Bannonen was, de ge- armeerde Bark een groote meenigte, de grootfte ge- tal waren op de Rover gefchooten eer hy buiten de Baar geraakte, door dien het Uil weer was, maar niet te min is onfe pooging tot beletten van het uit- voer der Vaartuig, vrugteloos geweelt, want fy zyn ons gechapeert: En alioo de affront aan onfe Vlag gedaan niet te dulden is, ben U Ed. Gefirenge ver- foekende my per eerlle te laaten weeten of U Edele 1...”
16

“...di&eert blyft niets voor my over dan te gehoörfaamen. Ik heb de eer te zyn, &c. ' i' •> Foor de Ed. Johannes de Num. 83. Graaf j Esq. Gouverneur over de Eilanden St . Eujtatius „ Saba en St, Martin, &c. &c. &c. TTEede zyn de den tweeden dag van December, •*-A in het jaar 1777, compareerde, in Perfoon ,A1- bertus Swain, Stuurman, en Job Coffin en Stephen Paddack, Matroofen , laat.lt behoord hebbende tot de Schoener Liddy, gecommandeert door Salomon Bunker, van en uit het Eiland van Nantuckit, wel- ke, na refpedivelyk den fighamelyken eed behoor- lyk afgelegr te hebben, declareerden. Dat op Sondag den dertigllen dag van November, laatllleeden, tulichen de klokke tien en elf uuren voor de middag, dë voörnoemde Schoener Liddy, (die toén over de Barr [Sluitboom] en binnen de Haven van Great Bay in het Eiland St. Martin was, en niettegenllaande het Gefchut van het Fort Am- iterdam drie Kogels een groote diltantie over de voorfz Schoener heen fchoot, geweldadig befpron- gen, genoomen en weggevoerd...”
17

“...Kanopfchoot gedaan të Hebben, niettegenitaaride het welk, het Volk aan Boord van de voorfz Brig aanhielden óp de voorfz Sloep te vuuren, en deefe Declaranten ordonneerden hunne Boot uit te fetten, en aan Boord van de voor- fchreeve Brig te komen, het welk door den voorfz i3eclarant Thomas Allo way gehoorfaamt wiefdj dat de voorfz la Rochè (Bevelhebber van de voorfz Brig) op hét aan Boord gaan van de voorfz Brig door de gemelde Thomas Alloway, van hem de voorfz Thomas Alloway vroeg fijne Gommiffie, wel- ke hy de voorfz Thomas Alloway aan hem over- gaf, eri te gelykertyd met herb remonftreerdc over het vuuren op de voorfz Sloep na dat fy haar Vlag geftfeekén had ; dat een Perfoon aan Boord van de voorfz Brig, welk fig felfs Monfieur Pregent riöem- de, aan deefe Declaranten feide* dat hy eenigttë Eigenaar van de vooriz Brig Revenge was, en dat hy Rhè.eder was van tien andere Kapers* alle wélke ; tvt...”
18

“...Gefchut van het Fort, fchoon foo naby, waar- om fal men dan beweeren, dat het mirten van de Brig, op byna twee mylen diftantie, met voordagt gefchied is. Om nu in her klaarite dagligt te rtellen den in- breuk op de Traftaaten, turtchen de Koning van Groot-Brittannien en myne Meefters fubfirteerende» waar over fijn Fxcellencie klaagt, verfoek ik te mo- gen reciteeren de Inttruftien door de Koning fijn Meeller, gegeeven te St. James, den z Mey 1776» en in het 16 jaar van fijn Majerteits Regeering, wel- ke, na het opgave der Titul van gemelde Ade,al' dus vervolgt. „ Dat uit kragte van bovengemelde A
19

“...alle de geenen die onder de Jurisdiélie van foo een agtbaar, hoogwaardig en equitabel Tribunaal liaan, daar meede geluk wenfehen. Ik fal alleen daar by voegen dat myn goedertierende en weldoen- de Souverain gedeclarcert heeft dat hy gereed is alle fijne misleide Onderdaanen, thans in rebellie tegens > hem, in genaade te ontfangen, u'anneer fy tot hun- ne verfchuldige trouwe en gehoorfaamheid willen weederkeeren. Het was op deeie gronden dat ik aan de Heer Chalwiü de orders gegeeven heb, wel- Ffff ke...”
20

“...Num.143’ (310) ke Uw Edele fchynen ombrage gegeevea te heb- ben. Ik ben met eerbied, &c. Antigua den 10 Oétober 1777. Was geteekent, William Mathew Burt. Aan de Edele Gouverneur de Graaf. Myn Heer ? T5Y myn terugkomfi alhier van Barbuda , heb ik ^ van den Koning myn Meefiers Gouverneur te St. AuguÜine, ingeflootene Brief ontfangen , met. verfoek defelve aan de Heer Jennings te doen toe- komen. Don Diego Iph Navarra, fijn Catholyke Majefieits Gouverneur te Cuba, uit een waare fugt tot de regt- vaardigheid, fond uit de Havana aan der. Gouver- neur Tonyn, de Sloep de drie Vrienden, geiegt wordende van St. Euftatius uitgezeyld te zyn. De Schipper, die de eenigfie bevaaren Man aan Boord was, word gefegt over Boord gevallen te zyn. De Sloep wierd door een Spaanfch Vaartuig op Zee ontmoet, en te Havana opgebragt. Van het eenig- fie Papier aan Boord gevonden , heeft Gouverneur Tonyn my een Copie gefortden, die in de Brief aan de Heer Jennings geflooten is. De Sloep word forg- vuldig te St. AuguÜine...”