Your search within this document for 'sirkunstansia,na' resulted in five matching pages.
1

“...negerslaaf; deze heeft nog lust zy- nen arbeid zingende en schertsende te verrigten;«— en niet zelden eindigt hij den dag met muziek en dans, doch de zedelijke verlaging, de verstom- ping van den geest, de meeninglooze blik van hêt oog, hetwelk niet meer weent; — de zenuwtrek- king van den mond, die niet meer lacht; —- de wankelende gang, waarmede het door honger en kwalen uitgeteerde ligchaam zich voortsleept; — zoek deze onder de blanken in de koloniën, gij zult het in menigte vinden. En thans na twee en dertig jaren lijdens, wat...”
2

“...nog iets hebben behouden? Laat ons zien. De Nederlandsche West-Indiën, ik heb het meermalen gezegd, heb- ben als landbouwende koloniën geene de minste waarde; de producten welke Si. Eustdtius op- levert bestaan in suiker 500,000 ® en yams 700,000 ® oud gewigt (1). Deze producten wer- den in 1828 door den arbeid van 667 negers ver- kregen; ik-ken geen reden, die dit getal zou heb- ben doen verminderen. De prijs van de suiker op f 8,50 en die van de yams op f 2,— de 100 ® stellende, zoo krijgt men na aftrek der belastingen op producten, eigendommen, hypotheken enz. on- geveer f 50,000. De rum, melasse en vee heb ik niet genoemd, dewijl deze gerekend worden de kos- ten van onderhoud der plantaadje te bestrijden. Bepaal nu het werkloon op f 0,60; (in de Engel- sche koloniën is het tweemaal zooveel) hetwelk tegen 300 werkdagen in het jaar op f 180,— per hoofd komt te staan; — en neem daarbij aan, dat dezelfde persoon met den titel van vrij man twee- maal zoo veel werk verrigt, als toen hij slaaf...”
3

“...te geven. Geholpen door den Minister van koloniën, die hetzij Whig of Tory onveranderlijk afkeerig is van eiken maatregel, welke de strekking heeft, zijn gezag over de koloniën te besnoeijen, verhinderde het de planters, het door de emancipatie ontstaan gebrek aan handen voor den arbeid aan te vullen, op zoo- danige wijze en door zulke middelen als zij daartoe geschikt oordeelden, en toen de vergunning tot ko- lonisatie eindelijk gegeven werd, geschiedde zulks eerst in een laat uur, en op verre na niet in die...”
4

“...14 ruimte als de omstandigheden het vorderden. Thans wordt deze heillooze zucht van de vertegen- woordiging en den Minister, om zich in de huis- selijke aangelegenheden der koloniën te mengen, algemeen betreurd, en beklaagt men zich het vast- houden aan het ongelukkige dwaalbegrip, dat de regering de wijsheid bezit, om gepaste wetten te maken voor koloniën, welke duizende mijlen ver- wijderd liggen (1), doch let wel, de toestand dier bezittingen is op verre na zoo hopeloos niet, als die der Nederlandsche, waar de negerslavernij nog in volle kracht gehandhaafd wordt. Bij de Engel- schen is de veerkracht nimmer verlamd, het her- stellingsvermogen onuitputtelijk, zijne instellingen van vrije verkiezing, vrije drukpers en regtsple- ging door gezworenen, maken genezing mogelijk voor elke kwaal, zoodat weldra het kwaad de ko- loniën en het rijk berokkend, hersteld zal zijn. Intusschen wanneer men overweegt, dat dit de uitslag van de bemoeijing van het Gouvernement is geweest in vruchtbare koloniën...”
5

“...schrijven; — geen Gouverne- ments administratie van f 426,494 (2) voor eene bevolking van 25,000 zielen; — geen Gouverne- ments kuituur van welligt twee millioen; — geen Gouvernements Predikanten ad f 12,000 ’s jaars. Laat het woord » Gouvernement ” zoo min moge- lijk gebezigd worden, zelfs niet op wissels; — het beneemt waarachtig den vreemdeling, zoowel als den burger alle vertrouwen. Dat men kolonisatie bevordere, niet door het aanwerven en uitzenden van een aantal ongelukkigen, om hen door de na- latigheid van Gouvernements beambten te doen om- komen ; — neen! zet in Nederland de deur open voor de uitwandeling van elk die daartoe lust ge- voelt; neem de buitenlandsche paspoort uit ’s Hage op vertoon van eene vrijstelling van de loting, ge- boorteakte en borgtogt, dat hij in de kolonie niet ten laste van de- armenkas zal komen, glad weg (3); -— (1) Een Noord-Amerikaansche spotboef gaf den Majoor esser deze titels in een der nommers van de New-York Herald, waarop Z. H. E. Gestr. in verrukking...”