Your search within this document for 'dióksido,karbon' resulted in one matching pages.
1

“...men de keuken, (geen Holland- sche keuken!) met den eenigen schoorsteen, die er in huis aanwezig is; men behoeft ze toch niet te hebben, om vuur er in aan te leggen, of kagchels er onder te plaatsen, ten einde zich te verwarmen: bij eene warmte van gewoonlijk 86—92 graden heeft men dat minder noodig. De haard is zeer ruim, van geen aschpot, hengel of ketting voorzien, maar van twee ijzeren bouten, die in de lengte zijn aan- gebragt, waarop men pot of ketel plaatst en er onder stookt, met hout, karbon of gedoofde houtskool; de zoo nuttige turf, die hel vuur zoo gemakkelijk aanhoudt en dien men ’s avonds kan inrekenen, kent men hier niet. Niet ééne schoorsteen rookt er. Hond of vierkant doch laag opgetrok- ken, heeft hij slechts ééne opening van den windkant af, waardoor de rook zich altijd eenen weg weet te banen. Van schoorsteenvegen hoort men hier niet; het hout maakt ook weinig roet. Op de bovenverdiepingen, die afzonderlijk verhuurd worden, vindt men ook zulke keukens, doch allen zonder...”